Wat is waar?!

Ken je het nog?
Dat radiospelletje van Henk Westbroek op radio 3fm?
Het spelletje werd gespeeld tijdens het programma ‘Denk aan Henk’ en heette: ‘Wat is Waar?’
De deelnemer kreeg 3 stellingen te horen, die alle 3 heel plausibel klonken en moest vervolgens kiezen wélke stelling volgens hem of haar waar was.
Werd de goede stelling gekozen, dan werd er een heuse ‘denk aan Henk-taart’ gewonnen.

Ik luisterde er vaak naar, gokte mee, en gokte vaak fout. Het waren altijd van die echte weet-dingetjes.
Bijvoorbeeld:

  1. Cola werd oorspronkelijk uitgevonden als middeltje tegen hoofdpijn.
  2. Kranteninkt is gebaseerd op water, vandaar dat je zulke vieze vingers krijgt bij het lezen van de krant
  3. Buskruit werd niet gemaakt om mee te schieten, maar om muggen mee te verjagen

 Wat is waar?

In mijn eigen leven kan ik ook echt stoeien met de vraag: Wat is waar?
En meestal gaat het dan niet om de ‘echte weet-dingetjes’, om de controleerbare feiten..

Ik merk dat ik zoveel gedachten kan hebben over 1 enkele vraag of situatie. En iedere gedachte heeft een ander gevoel, en mogelijk zelfs een andere keus tot gevolg. Hoe vaak ik mezelf niet harop, of tegen mezelf hoor zeggen: van de ene kant…., maar van de andere kant…en van nóg weer een andere kant…Ik voel me soms net zo’n caleidoscoop, iedere kleine draai brengt een heel ander beeld naar voren. En iedere gedachte, iedere keus, ieder gevoel lijkt op het moment dat het langs komt nét zo waar als iedere andere gedachte, keus of gevoel.

Ik vraag me dan altijd af: welke gedachte, welk gevoel, welke keuze is dan echt waar?Of het méést waar?  Of zijn ze allemaal waar? Of is er geen één waar?

Ik heb daar met behulp van onder andere Byron Katie een paar dingen in mogen ontdekken.

  1. Iedere gedachte is onschadelijk, tenzij we erin geloven
  2. Hoe ik iets ervaar, beleef hangt af van het verhaal dat ik er zelf over vertel aan mezelf
  3. Ik stel me bij alle verschillende gedachten de vraag: levert deze gedachte mij stress of vrede op. En als iedere gedachte even waar kan zijn, waarom dan niet kiezen voor de gedachte die vrede brengt

Ik geef een eenvoudig voorbeeld:

Iedereen heeft wel eens een zeer verregende dag meegemaakt tijdens een vakantie. Wij in elk geval wel. Helder voor de geest staat een vakantie in het voorjaar in Frankrijk. Waar we heengingen vanwege het beloofde mooie weer. We kwamen aan met 8 graden en stromende regen. In Nederland was het beter weer. En ook de volgende dag was er érg veel regen. Begrijpelijk dat het met het humeur van deez’ en gene net zo was gesteld als buiten: grauw en regenachtig.

Ik vertelde  mezelf het volgende verhaal:

Dit zou niet mogen gebeuren! Rijden we helemaal hierheen, zitten we een beetje op elkaar gepropt in een stacaravan in Frankrijk. Koud en regenachtig! Het zou mooi weer moeten zijn. We hadden beter thuis kunnen blijven. Hebben WIJ weer”

En wat IS dat dan waar!

Het IS toch koud en nat? En het IS toch in nederland mooier weer dan hier? En we ZITTEN toch met zijn 4tjes in een kleine stacaravan? En het is toch balen dat het regent? Dit IS toch niet waarvoor we 1000 km hebben gereden? Hartstikke logisch dat we hier chagarijnig van worden. Toch?

Overduidelijk leverde dit verhaal me niets anders dan stress en onvrede. En ging het er minder door regenen? Helaas niet. Dan had het me tenminste nog iets positiefs opgeleverd. Nu leverde dit verhaal mij niks positiefs op.

Ik ging mezelf een ander verhaal  vertellen:

“Wat een luxe dat we zo met elkaar op vakantie kunnen. Gelukkig zitten we in een stacaravan met verwarming en niet in een tentje. We zitten warm en droog. Wel fijn dat we nu de gelegenheid hebben de hele dag met zijn 4-en spelletjes te doen. Bij mooi weer zouden we dat niet doen. Wij zouden lezen, de jongens zouden zwemmen. Nu kunnen we het nieuwe spel uitpoberen. Wat fijn dat we het allemaal zo goed met elkaar kunnen vinden, dat het helemaal geen probleem is met zijn 4-en in een kleine ruimte te zitten.  Knus zo. Als het dan toch moet regenen (en dat moet het blijkbaar, want dat is wat het buiten doet) dan maken we er hier binnen het beste van.”

Buiten stopte het hierdoor ook nu niet met regenen, werd het niet zonniger, maar (van) binnen overduidelijk wel!
Dit verhaal leverde mij en de anderen veel meer vrede en ontspanning op en het was minstens even waar!

Dit is een eenvoudig voorbeeld, maar geloof me…sinds die dag probeer  ik het op allerhande situaties in mijn leven toe te passen. Groot en klein.

Als ik verschillende gedachten heb, die allemaal even waar zouden kunnen zijn, stel ik mezelf de vraag: levert deze gedachte mij stress of rust?
Vervolgens kies ik ervoor de gedachte die me rust geeft als ‘waar’ aan te nemen, te geloven en er naar te handelen.

En nee…dat lukt me niet altijd, en ja, ook ik heb geregeld last van stress, spanning en onvrede. Tót ik me realiseer dat het ’t verhaal is dat ik mezelf vertel over die situatie dat me stress, spanning en onvrede oplevert. Ik probeer mijn verhaal te veranderen en onderzoek of dat even waar kan zijn als het andere verhaal. Als dat zo is, kies ik voor het verhaal dat me rust en vrede brengt.

 

 

 

Overigens : Stelling 1 is waar

 

 Ingrid Esbeukman is een ervaren trainer en coach.
 Eigenheid, groei, deskundigheid en plezier zijn de pijlers onder haar werk.
 Verbinding maken en delen zijn essentiëel in haar handelen en Zijn.
 

 

 

 

 

 

 

Hier ben ik!

Mijn ziel heeft mij goede raad gegeven.

Zij heeft mij geleerd te zeggen: “Hier ben ik” wanneer het onbekende of het gevaar mij roept.

Voordat mijn ziel mij dit geleerd had, weigerde ik gehoor te geven, behalve als ik de stem van de roeper kende.

 Ik waagde  mij nooit op weg, behalve de weg die  ik uitgeprobeerd had en gemakkelijk vond.

Nu is het bekende mijn berg geworden, die ik bestijg op weg naar het onbekende.

(uit: Het Visioen, Kahlil Gibran)

 

Gisteravond zat ik, samen met heel veel anderen, gezien alle twitter en facebookberichten, naar The Passion Rotterdam te kijken. Een indrukwekkend schouwspel, waarin op een zeer hedendaagse manier de laatste uren van Jezus’ leven werd uitgebeeld.

Gistermiddag las ik al de tekst van Kahlil Gibran: “zij heeft mij geleerd te zeggen: hier ben ik”

Wat viel dat mooi samen. Want is dat niet precies wat Jezus deed? Zeggen: “hier ben ik”, toen het onbekende en het gevaar Hem riep..

En natuurlijk probeer ik het ook direct te vertalen, te plaatsen  in mijn eigen leven. Hoe vaak zeg ik: hier ben ik?

Ik moet direct denken aan hoe we als kind verstoppertje speelden. Eindeloos speelden we dat. Zelfs nog in de brugklas, tijdens tussenuren, vonden we in de woonwijk rondom de school de prachtigste verstopplekken.Minuten lang op dezelfde plek zitten, muisstil, hopend dat we niet gevonden werden. En als de zoeker op het punt stond het op te geven, op springen en roepen: Hier ben ik!!

Maar het gebeurde ook dat ik niet merkte dat de zoeker het had opgegeven..en dan zat ik erg lang verstopt en verscholen, tot ik door had dat het spel was afgelopen, de zoeker naar huis was gegaan of alweer in de volgende wiskundeles zat.

Ook nu, nu we volwassen zijn, spelen we nog volop verstoppertje. Niet meer achter auto’s of tussen de struiken. Nee, we verstoppen ons achter onze muurtjes van(vermeende) zekerheden, achter onze (schijn) veiligheid, achter onze regeltjes, verwachtingen en comfort.

Durf jij te zeggen: “hier ben ik” tegen je dromen? Tegen je passie? Durf jij te zeggen:”hier ben ik” als de uitdaging, het avontuur, de onzekere toekomst je roept? Als je geroepen wordt te gaan voor wat je lief is?

Allemaal krijgen we op onze tijd te maken met grote uitdagingen, grote veranderingen, het moeten maken van keuzes die een grote impact zullen hebben op ons en andermans leven. Groot kans dat dit  gevoelens van spanning, verwachting, angst en verdriet zal oproepen, omdat deze momenten vaak gepaard gaan met een gevoel van verlies. Van moeten loslaten wat geweest is.

Durf jij de confrontatie aan?

Ik vind het nog best moeilijk, dat zeg ik eerlijk.
Ik ben een veiligheidszoeker, ik ga voor de zekerheid, het vertrouwde, het bekende. 
En ik hoor het verlangende roepen van mijn dromen.

Maar ik heb nog een paar zeer goede verstopplekken.

Dat wordt goed opletten en zorgen dat de zoeker het niet opgeeft en weggaat zonder dat ik het doorheb en dat ineens blijkt dat het spel afgelopen is en ik veel te lang en onnodig op die verstopplek heb gezeten.

Misschien dat het tijd wordt om de zoeker een handje te helpen, op te springen vanuit mijn schuilplaats het volle licht in, met de kreet: Hier ben ik!

En jij?

 

 

 

Klopt dat ?

 Iedere dag maken we allerlei keuzes. Soms groot, soms klein.

We kunnen keuzes heel rationeel benaderen. Voors-en tegens afwegen, plussen en minnen opschrijven, berekeningen maken, om raad en advies vragen etc.

Wat een grote rol speelt in het maken van keuzes zijn onze overtuigingen. Ons denkpatronen die we ontwikkelt hebben. De manier waarop wij tegen gebeurtenissen, situaties en andere mensen aankijken. Wij  nemen gebeurtenissen niet objectief waar, maar schatten die voortdurend in.

Onze ideeën over gebeurtenissen beinvloeden ons gevoel en het gedrag dat daarop volgt.

Een eigen voorbeeld:
Vandaag was ik op een bijeenkomst  waarbij we lezingen van de TEDxMaastricht 2012 via een videoscherm zouden volgen. TEDxMaastricht stond helemaal in het teken van de ontwikkelingen in de gezondheidszorg en zou de hele dag duren. Toen ik aankwam viel mij al op dat er niet veel belangstellenden waren. Een eerste aanname die ik vooraf had gedaan, moest ik al herzien.

Maar goed, de videoverbinding kwam tot stand en wij konden vanaf de eerste minuut de veelal boeiende sprekers volgen.

Tot de verbinding wegviel…

De minuten verstreken, we dronken eens een bakje koffie, er werd wat heen en weer getwitterd en pogingen om de verbinding te herstellen werden ondernomen.

Na een half uur wás er daadwerkelijk weer verbinding, we zaten weer op onze plek, klaar voor de volgende inspirerende spreker. Tot onze verbazing en teleurstelling begon de uitzending echter weer opnieuw en diende de eerste spreker zich weer aan op beeld.

En ik dacht: ik verdoe mijn tijd, ik heb hier geen zin in, dan heb ik nog wel andere dingen te doen vandaag.

De keus leek gauw gemaakt: opstaan en weggaan.

En toch duurde het vervolgens nog zeker een kwartier voor ik de daad bij de gedachte voegde, opstond en wegging.

Wat gebeurde er met mij, dat ik meer tijd nodig had om mijn keuze uit te voeren, dan om te bedenken?

Het had te maken met de gedachten en overtuigingen die op dat moment in mijn hoofd rondgingen:

  • Wel stom om nu weg te gaan, er zijn er al zo weinig
  • Wat zullen ze wel niet denken, als ik nu weg ga, ze vinden het vast gek, denken dat ik niet geinteresseerd ben
  • Ik hoor dat niet te doen, ik heb me aangemeld, dus..
  • Ik moet me  verantwoorden voor mijn keuze

Herken je dat? Dat je eigenlijk heel goed weet wat je wil, heel goed weet wat goed voor je zou zijn, welke richting je op zou willen met je leven, maar dat je je gehinderd voelt door allerlei overtuigingen en belemmerende gedachten?

Gedachten en gebeurtenissen die tot spanning  leiden zijn vaak gedachten die niet kloppen met de objectieve werkelijkheid. Die gedachten roepen negatieve emoties op zoals woede, angst, verdriet en schuld. Dit helpt je niet om je te voelen zoals je graag zou willen en daarmee ook zeker niet om te doen wat je zou willen doen.

Ze bevatten vaak overdrijvingen, onnauwkeurigheden, onjuistheden en onredelijk eisen aan jezelf en/of de ander.

Een paar voorbeelden van belemmerende gedachten:

  • Elke fout die ik maak is vreselijk en zou niet mogen gebeuren
  • Mensen moeten mij aardig vinden en waarderen, anders kan ik niet functioneren; het is heel erg als mensen mij afwijzen
  • Als dit of dat gebeurt is dat een ramp…; als dit, dan nooit, of als dit, dan altijd…
  • Ik weet zeker dat de ander dit of dat zal denken als ik dit doe of laat
  • Dit is te moeilijk voor mij; dit kan ik niet verdragen; ik kan niet tegen kritiek
  • De wereld, de situatie, de ander zou anders, rechtvaardiger, beter, mooier, gelukkiger, redelijker etc moeten zijn..

Je kunt je vast voorstellen hoe dergelijke, al dan niet bewuste, gedachten en overtuigingen je ervan kunnen weerhouden te doen wat je graag zou willen.

Bedenk goed dat gedachten maar gedachten zijn. Stel ze voor als overdrijvende wolkjes..ze  drijven over en komen langs. Pas als jij die gedachte ‘uit de lucht’ plukt en als wáár aanneemt krijgen ze kracht én macht!

In loop van jaren heb je waarschijnlijk heel wat van die gedachten uit de lucht geplukt en voor waar aangenomen. Tijd om ze nog eens onder de loep te nemen en te kijken of je ze nog steeds kracht en macht wilt verlenen of dat het tijd wordt ze los te laten en verder te laten drijven.

Er zijn 3 soorten vragen die je bij deze uitdaging kunnen helpen:

  1. Vragen naar de feiten:
    bijv: wie zegt dat, waar staat dat, weet ik dat zeker, is dat echt haalbaar, hoe groot is de kans dat dat gebeurt, wat is het ergste dat er kan gebeuren, kan ik dat bewijzen, is er ook een andere verklaring mogelijk, vind ik zelf iedereeen aardig…etc
  2. Doelmatigheidsvragen:
    bijv:helpt deze gedachte mij te bereiken wat ik wil bereiken, wordt mijn prestatie er beter van, kan ik me zo goed concentreren, ga ik beter functioneren, verandert de wereld als ik eis dat dat zo moet zijn…etc
  3. Filosofische vragen:
    Bijv: wat betekent dit precies, wat bepaalt eigenlijk de waarde van een persoon, welke betekenis heeft deze gebeurtenis voor mijn leven, is deze gebeurtenis echt een ramp, afgezet tegen andere gebeurtenissen in de wereld, wat betekent dat eigenlijk ‘onverdraaglijk’, of ‘te moeilijk’, hoe zou mijn leven eruit zien als inderdaad blijkt dat niet iedereen mij altijd mag…etc

Probeer de belemmerende, irrationele gedachten te vervangen door rationele, helpende gedachten. Dat is niet hetzelfde als één op één vervangen van negatieve gedachten door positieve. Alleen maar denken: Ik kan het wél, ze vinden me heus wél aardig…gaat je niet helpen.

Realistische gedachten kennen 3 belangrijke kenmerken:

  1. Realisme: we leven in een onvolmaakte wereld. Tegenslagen en onzekerheid horen daarbij. Mensen gedragen zich niet altijd zoals wij dat graag zouden willen
  2. Feilbaarheid: je bent niet volmaakt, je maakt fouten als doe je nog zo je best om dat te voorkomen
  3. Zelfacceptatie: je bent hoe dan ook de moeite waard, ongeacht wat een ander van je denkt of vindt!

Breng maar in kaart wat je zou willen en kunnen veranderen. Sluit niet langer de ogen voor de gedachten die je last bezorgen. Kijk naar wat je er aan kunt doen. Ga de uitdaging aan!

Lukt het niet alleen? Ik help je graag! Om te kunnen zijn wie je bent!

 

 

 

Waar geloof jij in?

Ik ben er van overtuigd dat wij als mensen uiteindelijk maar 1 ding willen: geluk!

Boeken vol worden er over geschreven: wat is geluk? Hoe word je gelukkig? Hoe blíjf je gelukkig?: Wat maakt je gelukkig? Is geluk maakbaar?

Uiteraard is geluk een relatief begrip. Wat mij gelukkig maakt, kan voor jou wel een nachtmerrie lijken en andersom.

Veel wensen en dromen die wij als mens koesteren komen misschien niet uit. Toch blijkt dat bij de mensen die hun wensen en dromen ook daadwerkelijk vertalen naar doelen en acties de káns dat hun dromen en wensen uitkomen stukken groter is. Met andere woorden: de manier waarop je je koers bepaalt en de manier waarop je vervolgens je gedrag bestuurt, maken het verschil.
Of in een formule: R +A=S  (richting + actie = succes)

 Volgens Martin Seligman zijn er 3 soorten geluk:

  1. Plezierig leven: het beleven van zoveel mogelijk plezierige momenten; lol in je leven
  2. Het goede leven: het gebruiken van je talenten en kwaliteiten in werk en privé
  3. Het betekenisvolle leven: het gevoel een zinvolle bijdrage te leveren in deze wereld en in het leven van anderen.

 Bert Tiggelaar zegt daarover: “de kunst is het op één lijn brengen van deze 3 vormen van geluk. Met plezier die dingen doen waar je goed in bent en daarmee bijdragen aan een betere wereld”

Om  dromen, wensen en verlangens uit te laten komen noemde ik net de formule: R+A=S
Richting wordt bepaald door de vaste overtuiging dat wat ik wil en doe een diepere betekenis heeft.
Om te bereiken wat ik graag wil is het van groot belang helder te krijgen waar ik in geloof.

Waarom is dat van belang? Omdat waar ik in geloof, wat mijn overtuiging is, maakt dat ik dóórga, ook als het tegenzit. Omdat ik ten diepste voel dat dít is wat ik wil doen in dit leven, dit is mijn drijvende kracht, dit houdt mij staande in stormachtige tijden. Door te weten waar ik in geloof, geef ik richting aan mijn talenten, mijn sterke punten.

De vraag: “waar geloof ik in?” houdt mij de afgelopen weken flink bezig. Ik vind het een confronterende  vraag.
Vooral omdat ik merk dat ik er niet zo 1,2,3 antwoord op kan geven..

Daarom las ik oa het boek Levensvragen van Edwin Oden, waarin 17 min of meer bekende nederlanders antwoord geven op die vraag. Er kwamen antwoorden langs als: Ik geloof in:

  • Overleven
  • Dankbaarheid
  • Dat ieder in principe een goed mens probeert te zijn
  • Eigen kracht en levenslust
  • Optimisme
  • ….

 Waar geloof jij in?

Om er achter te komen wat er voor jou echt toe doet geef ik je een aantal praktische tips.

  1.  Kijk terug op je leven. Kijk terug naar beslissende momenten in je leven en vraag je af wat toen je overwegingen en drijfveren waren om die keuze te maken.
    (bijv: ik nam ontslag in 2009. Mijn belangrijkste drijfveren waren: ‘durf’ en ‘in beweging komen’)
  2. Kijk eens vooruit naar het einde. Waar wil je aan het eind van je leven op terug kijken, wat zou je willen dat mensen over je zeggen, vertellen, hoe wil je worden herinnert?
    (bijv: ik hoop dat mensen over mij zeggen dat ik mensen begreep, dat ik oog had voor hun grootheid)
  3. Praat met de mensen om je heen die voor jou belangrijk zijn.
    Het is niet zo makkelijk om het onderzoek naar wat voor jou zingeving is, waar je in gelooft alleen te doen.
  4. Vraag  aan vrienden wat zij zien. Hoe zien zij jou? Wat zien zij als jouw talenten en sterke punten (en vandaaruit jouw drijfveren en overtuigingen)
  5. Laat je inspireren door boeken, gesprekken, lezingen die gaan over zingeving

Waar geloof ik in?

 Zo 1,2,3 wist ik daar geen antwoord op, maar al zoekend kwam ik toch tot een soort kern, een overtuiging.

Ik geloof in de grootheid van mensen, dat je zelf kleiner voordoen niemand ten goede komt, dat we op de wereld zijn om ons licht te laten schijnen.

Dat is wat míj drijft.

En jij? Waar geloof jij in?

 

 

Yes! Een probleem!

Hoe vaak ik me al geen dingen heb voorgenomen..

Ik zou meer sporten, minder snoepen, beter voor mezelf zorgen, meer doorzettingsvermogen tonen en verzin nog maar eens een paar goede voornemens en intenties..Ik heb ze allemaal gehad.

Maar alle mooie intenties en goede voornemens ten spijt: een heel aantal ervan willen tot op de dag van vandaag nog niet erg lukken. Hoe dat komt?
Omdat mijn intenties en goede voornemens nog bitter weinig zeggen over mijn gedrag.

Mijn gedrag is echt de zwakste schakel tussen intenties/voornemens en de gedroomde resultaten.

Goede voornemens en intenties impliceren dat er íets is dat we willen veranderen.

Nou zijn we geneigd te denken dat een mens van nature een hekel heeft aan veranderen. Dat is niet waar. We hebben geen hekel aan veranderingen….we hebben een hekel aan verliezen. Veranderingen waarvan we direct ‘de winst’ zien vinden we lang niet zo moeilijk en vervelend als de veranderingen waarbij we het idee hebben (eerst) iets op te moeten geven of iets kwijt te raken.

Een van de onderzoekers naar dergelijke fenomenen, Daniël Kahneman, noemt dit verlies-aversie. Uit onderzoek blijkt dat ‘verlies’ bij ons tot 2,5 keer zo hard aan komt als een, rationeel gezien, vergelijkbare beloning!

Zo wil ik best 10 kilo afvallen. Dat vraagt van mij een flinke gedragsverandering. Op de langere termijn hoop ik er mee te winnen dat ik mijn kleren een maatje kleiner kan kopen en er beter uit kom te zien. Maar ik weet niet zeker of dat het resultaat zal zijn…dat zal moeten blijken. Wat ik wél zeker weet, is dat ik,om dat  te kunnen bereiken nú iets moet opgeven: lekkere hapjes, mijn glaasje wijn, én ik moet er mijn tijd, energie en wilskracht  in steken in de hoop mijn voornemen te realiseren.

Dat betekent, dat we, om gemotiveerd te raken flink zicht moeten hebben op onze beloning.
De beloning moet zo groot zijn, dat we het verlies (pleziertjes, tijd, energie..) er voor over hebben.

En wat blijkt nu dé grote motivator te zijn om gedrag te veranderen? Een écht probleem!

Ken je dat? Mensen die eerst iets ergs mee moeten maken voordat ze het roer om  gooien?  Of iets kleiner: weten dat het nu écht zeker is dat je blijft zitten, als je niet NU begint met studeren, en noem de eigen voorbeelden maar op.

Vanuit de positieve psychologie wordt er erg op gehamerd om moeilijke situaties niet te benoemen als probleem, maar als een kans of een uitdaging. Niet doen, zegt ook  onderzoeker en publicist  Bert Tiggelaar.

“De motiverende kracht van een echt probleem is veel groter dan de motiverende werking van een kans/uitdaging. Het is juist effectiever om bij iedere kans die zich voordoet, jezelf af te vragen: welk probleem wordt daarmee opgelost?” (uit: dromen, durven, doen)

Als er niet al te veel dreiging bestaat van ziekte, gebrek, verveling, eenzaamheid, blijven zitten of verstoorde relaties  is onze motivatie om ons gedrag te veranderen klein, zo niet afwezig.

Als je te zwaar bent, maar daar niet te veel beperkingen van ondervindt…waarom dan afvallen?
Als je rookt, maar geen ademhalingsproblemen kent….waarom proberen te stoppen, wetend hoe moeilijk dat is?
Als je niet studeert, maar je lijkt gewoon over te gaan….waarom dan harder studeren, terwijl dat ten koste gaat van je vrije tijd en het plezier dat je daarbij kunt beleven?

Daarom is het ook zo moeilijk iets vol te houden als het ‘gevaar’ geweken lijkt. Als we onze doelen hebben bereikt voor het moment. Of het nu gaat om onze gezondheid, onze carrière, onze relaties…

Als het niet meer acuut is, verslappen we. De beloning is binnen, het doel is gehaald, het gevaar geweken en volhouden staat vaak niet meer in verhouding met het ‘verlies’.

Tot slot nog een eigen voorbeeld ter illustratie:

Als ZZP-er ben ik volledig zelf verantwoordelijk voor mijn inkomsten. De afgelopen 2,5 jaar heb ik op een bepaalde manier gewerkt..met veel plezier, vaak hap-snap, reagerend op wat er op mijn pad kwam, af en toe flierefluitend de dagen door, en aan het eind van de week denken: nee…vanaf maandag ga ik het anders doen. Ik ga plannen, ik ga focussen, ik ga mijn tijd supernuttig besteden. Prachtige voornemens. Maar zolang ik het nog niet in mijn portemonee voelde, was daar niet de noodzaak en de bereidheid te ‘verliezen’ (namelijk mijn vrijheid..)

Totdat ik kennismaakte met mijn probleem: geen geld in de pocket. Er moest wat gaan gebeuren, anders kon ik binnen korte tijd de deuren van mijn ZZP-onderneming sluiten. Tegelijkertijd maakte ik kennis met mijn kans om mijn probleem op te lossen: een businesscoach die me helpt mijn doelgroep scherp te stellen, mijn focus te vinden en mijn talenten aan te spreken, mijn intenties waar te maken.

Zonder mijn probleem, zou ik de kans niet hebben gezocht, hebben gezien, laat staan gegrepen.

Dus ik zeg nu: Yes! Een probleem!

Ik kan blij zijn met de problemen die op mijn pad komen! Zij zijn mijn grootste motivator om mijn intenties te vertalen in gedrag om zo mijn doelen te bereiken, te veranderen en te groeien.

Wat is jouw probleem?

(meer hierover valt te lezen in Ben Tiggelaars boek: dromen, durven, doen)

 

 

 

Ingrid Esbeukman is een ervaren trainer en coach
Eigenheid, groei, deskundigheid en plezier zijn de pijlers
onder haar werk. Verbinding maken en delen zijn de
essentiele uitgangspunten van haar handelen en Zijn.

Mensen die vragen…

In ‘Nee is ja’  schreef ik over de kracht van ‘nee’-zeggen. Het recht dat je hebt om ‘nee’ te zeggen, en dat ‘nee’ zeggen je niet het recht ontneemt  om zelf te vragen om wat je nodig hebt of wenst.

Vragen staat vrij, zeggen we dan. Of: ‘vragen kost niks’, ‘ja heb je, nee kan je krijgen’. We weten het wel, maar vinden het vaak toch maar lastig.

Soms zijn we zo bang voor een weigering dat we het ‘nee’ proberen te voorkomen door al niet eens de vraag te stellen.

Bijvoorbeeld: je wilt graag een avondje uit naar het theater met die ene vriendin. Maar je bent bang dat ze ‘nee’ zal zeggen. Voor jezelf verzin je dan al 1000 en 1 redenen waarom je het beter niet kunt vragen: ze houdt niet zo van theater, ze zal wel druk zijn, ze zal wel moe zijn, ach, ze is net vorige week ook al geweest…en utieindelijk stel je de vraag niet eens en ga je alleen of helemaal niet naar het theater.

Ik denk dat we onszelf én anderen veel te kort doen, door de vragen niet te durven stellen.

Durf gewoon te vragen wat je wilt, zonder in te zitten over het antwoord!

Kinderen zijn nog heel onbevangen in het vragen om wat ze willen. Mag ik nog een koekje, mag ik dit, mag ik dat, waarom is dat, waarom, waarom, waarom…?
Jammer genoeg  leren we kinderen al vroeg dat veel vragen onbeleefd is, misschien zelfs brutaal, of dom… Zo kunnen we al jong het gevoel meekrijgen dat onze wensen er niet zo toe doen en dat we niet serieus worden genomen als we een vraag stellen.

Toch is de lijst met dingen waar je om mag vragen bijna eindeloos.
Je mag vragen om: informatie, steun, liefde, troost en nog veel meer.

En echt: je wereld verandert zodra je erom durft te vragen.

Je wensen worden duidelijk en je geeft de ander de gelegenheid erop te reageren.

Hoe vaak denken we niet dat het de ander toch wel duidelijk moet zijn wat we nodig hebben of willen. (En voelen we ons daarin teleurgesteld)  En hoe vaak denken we niet dat we niet horen te vragen om steun of liefde, maar dat we maar moeten afwachten of we het krijgen en er dan dankbaar voor moeten zijn.

En toch…erom vragen vergroot de kans dat je krijgt wat je wilt en nodig hebt. Van vragen gaat de suggestie uit dat je ook in staat bent te ontvangen waar je om vraagt.

Vragen vergroot je zelfvertrouwen, je laat zien dat je er bent en dat je jezelf de moeite waard vindt om te vragen wat je nodig hebt.

Angst belemmert ons vaak in het stellen van vragen. Eerdere negatieve ervaringen, afwijzingen, uitgelachen worden…het lijken allemaal redenen om nog maar eens extra na te denken voordat je vraagt wat je wil.

Door het antwoord los te koppelen van de vraag, kan je je angst voor vragen verminderen.

Een vraag blijft een vraag, los van het antwoord

De vraag wordt niet waardevoller of minder waardevol door het antwoord dat er gegeven wordt.

Iedere vraag kan op ontelbare manieren beantwoord worden. Maar het antwoord en de reactie van de ander doet niets af aan de waarde van jouw vraag.

 Enkele hulpgedachten bij het stellen van vragen:

  • Ik heb het recht anderen iets te vragen, dat is niet ongepast of brutaal. Nee heb ik, ja kan ik krijgen.
  • Ook al krijgt de ander een negatieve indruk van mijn vraag of van mij, dat betekent niet ik negatief ben. Het blijven de gedachten van die ander.
  • Ik mag vragen stellen en de ander bepaalt zelf wat hij met mijn vraag wil doen. Ik hoef niet voor hen te denken.

Door het stellen van vragen, door te vragen om wat je wenst en nodig hebt, vergroot je je eigen ruimte en persoonlijke vrijheid. Weer een stapje dichterbij het zijn wie je bent…!

 

 

 

 

 

Ingrid Esbeukman is een ervaren trainer en coach

Eigenheid, groei, deskundigheid en plezier zijn de pijlers

onder haar werk. Verbinding maken en delen zijn de

essentiele uitgangspunten van haar handelen en Zijn.

Bemoei je met je eigen zaken!

Met 2 puberende zoons is dit een uitspraak die nog wel eens over tafel gaat. Ze komen meer en meer op de leeftijd dat ze zélf willen bepalen, zélf de beslissingen willen nemen, zélf verantwoordelijkheid willlen dragen voor hun keuzes en acties. En ik ben er van overtuigd dat dit uiteraard een goede ontwikkeling is. Al vind ik het nog geregeld heel lastig om dat na te leven. Als ouder, als volwassene denk ik toch vaak te weten wat het beste voor ze is.

Ik denk dat dat uit naam van de liefde is. Ik wil ze graag behoeden, beschermen, helpen etc. Toch getuigt het ook van enige arrogantie. Wie ben ik dat ik denk te weten wat het beste voor iemand is?
Dat geldt naar mijn kinderen toe, maar natuurlijk ook naar alle andere mensen om mij heen.
Weet ik wat het beste is voor iemand? Hoe zou ik dat kunnen? Kan ik iemands leven leiden?

Persoonlijk heb ik veel aan de manier waarop Byron Katie kijkt naar deze dingen. Ik vertel in eigen woorden wat zij daarover zegt:

Veel van onze stress, onze spanning en zorgen worden veroorzaakt doordat we ons druk maken om de zaken, de levens van anderen. Hún keuzes, hún gezondheid, hún beslissingen.
Als ik denk: jij moet gelukkig zijn, jij mag geen verdriet hebben, jij zou beter voor jezelf moeten zorgen, je zou toch eigenlijk dit of dat, jij maakt niet de juiste keuzes..bemoei ik me met jouw zaak.

Het lijkt het dat ik jouw leven leid, ik steek mijn energie, mijn gedachten, mijn aandacht in jouw zaken, in jouw keuzes en beslissingen. Maar als ik mentaal in jouw leven leef…wie leeft er dan mijn leven? Als ik me steeds bezig houd met jóuw zaken, ben ik niet aanwezig in mijn eigen zaak. Ik raak verwijderd van mezelf en vraag me af waarom mijn leven niet lekker loopt.

Ik denk te weten wat goed is voor jou, wat het allerbeste is voor jou, hoe jij je leven zou moeten leiden om gelukkig te zijn. Maar weet ik wat het beste is voor mij? Laat ik me dat door jou vertellen? Wie bepaalt wat het beste is voor mij? IK. Wie bepaalt wat het beste is voor jou? JIJ!

Laat ik aan de slag gaan met wat het beste is voor mij, mijn eigen keuzes, mijn eigen problemen, mijn eigen leven, voordat ik probeer jouw problemen op te lossen.

Probeer er de komende tijd maar eens op te letten. Stel jezelf iedere keer dat je stress en onbehagen ervaart de vraag met wiens zaak je je bezig houdt. Die vraag kan je terugbrengen bij jezelf. Deze vraag kan je helpen de zaken te laten bij wie ze horen.

Jij kunt niet het leven van iemand anders leven!

Betekent dat, dat je je niks aantrekt van de  sores van een ander? Dat je geen consideratie en compassie kunt of hoeft te voelen voor een mens in nood? Natuurlijk niet!
Maar het mag niet jouw leven worden.

Soms hoor je mensen zeggen: ik kan niet gelukkig zijn, omdat ik weet dat mijn kind/zus/ouder/vriend ongelukkig is. Ik kan niet vrolijk gaan lopen doen, terwijl ik weet dat hij/zij het nu zo moeilijk heeft. Ik kan niet stressvrij met jou omgaan, wetende welke keuzes jij maakt, wetende welk pad jij kiest, denkend dat het een pad is, dat niet oké is, waarmee jij op je ongeluk afstevent..

 Ik zeg hier: bemoei je met je eigen zaak!

Ja,  je mag aandacht hebben, natúúrlijk, voor andermans pijn, zorg en verdriet. Maar hun pijn, zorg en verdriet wordt geen fractie minder als jij ook ongelukkig,verdrietig en gestresst gaat zijn. Als jij alle reden hebt om vrolijk en gelukkig te zijn, omdat in jóuw leven de zaken goed lopen, je gezond en gelukkig bent met de mensen om je heen, met het leven dat je leidt, bemoei je dan met je eigen zaak, leef in je eigen leven, en wees vrolijk en gelukkig.

Zelf merk ik, nu ik me een stuk minder met de zaken van bijvoorbeeld mijn kinderen probeer te bemoeien, dat ik minder gespannen, minder druk ben. Hebben zij stress door keuzes ze maken…dan hebben zíj stress, en niet ik. Het is namelijk niet mijn stress, en het zijn niet mijn keuzes. Ik help ze als daar behoefte aan is. Ik geef ze  het vertrouwen dat ze heel goed in staat zijn zich met hun eigen zaak bezig te houden.
En ik ervaar minder stress, minder zorg, en meer tijd, zin en gelegenheid om me met mijn eigen zaken bezig te houden. Heerlijk!

Dus ik zou zeggen:

Bemoei je met je eigen zaken! Geen botte afwijzing, maar een gouden tip, een cadeau eerste klas!

Leef jóuw leven. Dat is het enige leven dat je kúnt leven.

 

 

Ingrid Esbeukman is een ervaren trainer en coach

eigenheid, groei, deskundigheid en plezier zijn de peilers

onder haar werk. Verbinding maken en delen zijn de

essentiele uitgangspunten van haar handelen en Zijn.

 

 

Nee is Ja!

Om voluit JA te kunnen zeggen tegen jezelf, is het soms nodig voluit NEE te zeggen tegen iets of iemand anders…

Wat kunnen we het moeilijk vinden om ‘nee’ te zeggen tegen een verzoek, een vraag, een uitnodiging.  De angst afgewezen te worden, de angst de ander teleur te stellen, niet aan verwachtingen voldoen, loyaal willen zijn, aardig willen zijn, de ander belangrijker vinden dan je zelf…het kunnen  allemaal redenen  zijn om geen ‘nee’ te durven zeggen.

Er was een tijd in ons leven dat we dat helemaal niet zo moeilijk vonden. Zo rond ons 2de levensjaar waren we er allemaal stuk voor stuk heel goed in om op alles NEE te roepen. Rond die leeftijd ontdekten we: ik ben een persoontje! Ik besta los van mijn ouders. Ik ben een persoon met een eigen mening en een eigen wil. Zo jong doen we al deze belangrijke ontdekking.

Deze fase in onze ontwikkeling hebben we nodig gehad om ons als individu te zien en onafhankelijk te worden.  Ouders die er mee te maken hebben kennen het als de “ 2=NEE-fase”.

Het geeft wel aan hoe dominant dat woord in die fase aanwezig is. Kinderen die op die leeftijd dwars durven zijn ervaren hun relatie met de ouders in principe als veilig en zeker. Hoe dwars ze ook zijn, ze zijn er van overtuigd dat de ouders van ze zullen blijven houden.

Ergens onderweg lijken we dit gevoel van zekerheid en veiligheid, de overtuiging dat er gewoon van ons gehouden wordt in meer of mindere mate kwijt te raken. Hoe jammer is dat..!?

Gelukkig mogen we, en kunnen we opnieuw leren ’nee’  zeggen tegen vragen, verzoeken en uitnodigingen waar we geen gehoor aan willen geven. Zonder ons daar schuldig over te voelen!

Hoe?

Bijvoorbeeld door bedenktijd te vragen als iemand je overvalt met een vraag.  Laat je niet onder druk zetten om direct antwoord te geven. Als je iemand bent die meteen overal JA op zegt, zonder dat te willen, is het verstandig om je aan te leren standaard om bedenktijd te vragen.

Door uitstel/bedenktijd te vragen neem je zelf de controle over. Ook bouw je alvast de mogelijkheid voor een ‘nee’in. De ander is er al een beetje op voorbereid en jij kan zonodig nog even nadenken hóe je dat ‘nee’ gaat brengen.

 Handige ‘uitstel-uitspraken’zijn:

  • Daar vraag je wat, daar moet ik even over nadenken
  • Ik denk er even over na, en kom er morgen op terug
  • Leuk dat je hiervoor aan mij denkt, maar ik wil eerst even thuis overleggen/ de agenda checken

Denk even rustig na over de gevolgen van een toezegging of weigering. Vragen die je jezelf kunt stellen zijn:

  • Wil ik dit echt zelf of doe ik het alleen maar om een ander een plezier te doen
  • Als ik dit doe, zal het me dan voldoening geven
  • Houd ik voldoende rekening met mijn gezondheid/gevoelens/mogelijkheden
  • Heb ik meer informatie nodig voordat ik ja of nee kan zeggen

Niet alle wensen van een ander hoeven (door jou) vervuld te worden. Vragen staat vrij, maar nee zeggen ook. Iets weigeren betekent niet dat je je recht verspeelt zelf iets te vragen van een ander. Ook betekent ‘nee’ zeggen niet meer dan een afwijzing van de vraag, niet van de persoon!

Net als bij het aangeven van grenzen gaat het bij ‘nee’ zeggen om duidelijkheid.

Iets niet willen maak je duidelijk door daadwerkelijk het woord NEE te gebruiken. Vaak zijn we geneigd vage bewoordingen te gebruiken, zoals: liever niet, ik weet het eigenlijk niet, tja..nou..eigenlijk…, als het niet persé hoeft….

Al dit soort uitspraken bieden erg veel ruimte aan de vrager om nog even door te drammen en je maakt het jezelf steeds moeilijker om duidelijk te maken dat je iets niet wilt. En onthoud goed: mensen nemen de ruimte die je ze geeft!

Dus zeg als je dat wenst:

Nee, dank je

Nee, ik ben niet geïnteresseerd

Nee, ik kan echt niet

Nee, dat wil ik niet

Nee, ik heb er geen tijd voor

Nee, ik heb er geen zin in

Etc

Als het gaat om mensen die je persoonlijk kent, kan het fijn zijn de weigering nog een beetje toe te lichten om misverstanden te voorkomen. Maar vergeet niet dat het niet aan de ander is om te bepalen of jouw weigering redelijk is of niet. Vaak zijn we geneigd veel uit te leggen in de hoop dat de ander begrip zal hebben voor onze weigering. Maar daar hebben we maar weinig invloed op.

Of de ander onze redenen redelijk vindt en er begrip voor op kan/wil brengen ligt volledig bij die ander. Als de ander door blijft drammen: herhaal je je ‘nee’ plus de eventuele reden als een grammofoonplaat die blijft steken. Hou vast aan je ‘nee’ en verzin er geen nieuwe redenen bij. Ben je overtuigd van je ‘nee’, geef de ander dan geen ruimte om te onderhandelen. 

Een kleine oefening:

Train jezelf de komende tijd in het nee-zeggen. Begin met kleine simpele dingen en ga dan geleidelijk verder met lastiger situaties. Maak een overwinningslijst van alle dingen/taken/verzoeken die je geweigerd hebt.

Zo wordt ‘nee’ zeggen op de momenten dat jij dat wil, liefdevol JA zeggen tegen jezelf.

 

 

 

 

Ingrid Esbeukman is een ervaren trainer en coach

eigenheid, groei, deskundigheid en plezier zijn de pijlers

onder haar werk. Verbinding maken en delen zijn de

essentiele uitgangspunten van haar handelen en Zijn.

 

 

Ik zie je!

Tijdens het ochtendrondje met mijn hond Bob kom ik geregeld dezelfde mensen tegen die ook hun vriendje aan het uitlaten zijn. Je knikt elkaar eens toe, steekt een hand op, zegt eens goedemorgen.

Meestal gaat de begroeting niet verder dan een teken van herkenning. Je hebt de ander opgemerkt en laat even weten dat je hem of haar herkend hebt. Heb ik de ander nu ontmoet?

Volgens de onderstaande beschrijving niet…
Tegenkomen verschilt van ontmoeten in zooverre, dat het alleen gezegd wordt van een samentreffen onderweg, en slechts de bloote vermelding is van het tegelijkertijd, van tegengestelde richtingen, komen op een zelfde punt van den weg, terwijl ontmoeten meestal eene begroeting en een meer of minder lang onderhoud der elkaar ontmoetende personen veronderstelt. (Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908)*:) )

Een daadwerkelijke ontmoeting gaat over de kunst werkelijk te zien en gezien te worden.

 In het boekje ‘Hostmanship’ van Jan Gunnarsson en Olle Blohm lees ik dit:

“Een ontmoeting met een nieuw persoon kan een hoogtepunt in ons leven worden. Door naar een ander en diens ervaringen te luisteren, groei je als persoon en wordt je leven verrijkt. Misschien zijn het maar een paar tellen die je vervolgens je leven met je meedraagt. Of misschien wordt het gesprek voortgezet om uit te monden in een warme vriendschap. Niemand die het weet. Maar het begint allemaal met de ontmoeting, de eerste keer dat jullie tegenover elkaar staan. Iemand ontmoeten betekent géven: jezelf, je tijd en je aandacht. Deze simpele en heldere waarheid vormt de basis van iedere relatie.”

 In Zuid-Afrika begroeten stamgenoten elkaar met de zin: ‘Sawu bona’. Dat betekent:’ Ik zie u’.   De tegengroet die wordt uitgesproken is ‘Slkhoma’, wat ‘ik ben hier’ betekent.

Ik vind het in principe fijn als iemand tegen mij: ‘ik zie jou’ zegt.  En natuurlijk betekent dat méér dan me alleen te zien als fysieke verschijning. Nee, het gaat om het gezien worden wie ik ben. Een ander is bereid tijd en aandacht aan mij te geven en even al het andere te laten rusten. De ander wil mij kennen.

Maar durf ik mij echt te laten kennen? Durf ik mij te laten zien? Heb ik misschien de neiging mij te verbergen als de ander zegt: Ik zie je..? Kom ik misschien liever mensen tegen in plaats van ze echt te ontmoeten?

Misschien  zijn we het niet gewend dat een ander ‘zomaar’ tijd en aandacht voor ons heeft. Vinden we het zelfs beangstigend als een ander ons daadwerkelijk wil kennen, wil zien. Zijn we bang voor wat  ze zullen denken over wát ze te zien krijgen. Zijn we bang dat we niet de moeite waard zijn om echt te leren kennen.

Of voelt het als een warm bad, als thuis komen, alsof je ineens kunt gaan bloeien, omdat de ander jou daadwerkelijk zíet?

Een échte ontmoeting wordt het als ik durf  te antwoorden met ‘ik ben hier’.

Het is het uitspreken van vertrouwen in de ander.
Het is het willen aannemen van de tijd en de aandacht.
Het is mezelf durven laten zien, mezelf niet langer verstoppen.
Het is het durven aannemen van een van de mooiste geschenken: de ander die zegt: Ik zie jou!

 Ik wens jou en mezelf veel mooie ontmoetingen toe!

 

 

Zijn wie je bent…hoe doe ik dat?

In verschillende blogs heb ik inmiddels geschreven over ‘in je vorm’ komen, je ‘eigen lied schrijven’, ‘ja durven zeggen tegen jezelf’. Meerdere invalshoeken voor eenzelfde thema: Zijn wie je bent.

In de komende ‘hoe doe ik dat- maandagblogs’ wil ik met jullie op zoek naar het HOE.

Zijn wie je bent begint met het stellen van grenzen en het vergroten van je persoonlijke vrijheid.

Om je eigen vorm te vinden, je eigen lied te schrijven is het belangrijk persoonlijke ruimte (lees: vrijheid) te hebben, te creeëren en in te nemen.

Dit krijg je door grenzen te stellen. Duidelijkheid is daarbij het sleutelwoord.

Duidelijk zijn over wat je wilt en niet wilt.

Door het vergroten van je persoonlijke vrijheid vertel je jezelf én anderen dat jij de moeite waard bent om voor je eigen belangen op te komen.

De voordelen van het stellen van grenzen:

  1. Grenzen vergroten je zelfvertrouwen en zelfrespect
  2. Grenzen laten zien wie je bent
    Je laat anderen zien wat jouw overtuigingen en prioriteiten zijn. Het geeft aan dát je er bent en wat je wilt
  3. Grenzen beschermen je
    Grenzen maken je krachtig, zij beschermen je talenten en sterke eigenschappen.
  4. Grenzen ordenen je leven
    Grenzen helpen je in het vasthouden aan de doelen die je gesteld hebt voor jezelf
  5. Grenzen maken reclame voor je
    duidelijk zijn in je grenzen maakt je betrouwbaar en integer. Mensen weten wat ze aan je hebben; je ja is ja, je nee is nee

Er zijn een aantal universele rechten die gelden in relatie tot de ander. Deze rechten gelden voor iedereen, overal.

Deze rechten stellen jou in staat om jezelf zo volledig mogelijk te ontplooien. Ze bieden jou de ruimte en de vrijheid om jezelf te zijn.

Jij hebt in elk geval het recht om:

  1. Met respect behandeld te worden
    je hebt er recht op je leven te leven zoals jij dat wilt, los van hoe anderen denken dat het zou moeten. Je mag je eigen doelen stellen en nastreven
  2. Je mening te uiten
    jouw mening en gevoelens zijn net zo waardevol als die van wie dan ook!
  3. NEE te zeggen
    je hebt er recht op dingen te weigeren. Af en toe nee zeggen maakt je niet egoïstisch. Het laat zien dat je jezelf én de ander serieus neemt. Je wijst een verzoek af, niet de ander!
  4. Van mening te veranderen
    ideeën, meningen, toezeggingen kunnen steeds opnieuw door jou beoordeeld worden op hun geldigheid en ‘houdbaarheid’.
  5. Fouten te maken
    de uitdaging van groei en ontwikkeling zit in het risico’s durven nemen en fouten durven maken
  6. Je wensen en behoeften te uiten
    door duidelijk te maken wat je wilt, geef je de ander de kans te onderzoeken of hij aan die wens tegemoet wil/kan komen

Oefening:

Bij het stellen van je grenzen kan je te maken krijgen met spanning, stress of conflict. Het onderstaand actieschema kan je helpen zicht te krijgen op de situatie en keuzes te maken en je persoonlijke ruimte te vergroten.

  1. Beschrijving van het ‘grensprobleem’
    (bijv: mijn vriendin wil weer samen een weekendje weg, maar ik heb daar eigenlijk geen zin meer in)
  2. Wat zijn de gevolgen van het ‘grensprobleem’
    hoe reageer ik meestal: wat denk, voel en doe ik?
  3. Gewenste grens
    hoe zou ik willen reageren, welke grens wil ik stellen?
    is deze grens redelijk? Hoe denk ik me te kunnen voelen als me dit lukt?
  4. Wat zijn voor deze grens de:
    positieve gevolgen en de negatieve gevolgen?
  5. Uitvoering:
    wat ga ik zeggen en wanneer?

Neem de tijd om de vragen schriftelijk te beantwoorden. Schrijven ordent je denken in positieve richting!

Een van de belangrijkste voorwaarden om je grenzen te stellen en je eigen ruimte in te nemen is dit:
“Vroeg of laat moet je voor jezelf beslissen dat je, met al je beperkingen, als mens goed genoeg bent”  (oprah  winfrey)

Volgende week in de ‘Hoe doe ik dat-maandagblog’: iets weigeren en ‘nee-zeggen’

 

Ingrid Esbeukman is een ervaren trainer en coach

eigenheid, groei, deskundigheid en plezier zijn de peilers

onder haar werk. Verbinding maken en delen zijn de

essentiele uitgangspunten van haar handelen en Zijn.